Het libertarisme wordt wel het extreme broertje van het liberalisme genoemd. Libertariërs verafschuwen bijna iedere vorm van overheidsinmenging. De enige taak van de staat is het voorkomen van wetsovertredingen, zoals diefstal, fraude en geweld. Voor het overige bepleiten zij het absolute recht van het individu om met rust gelaten te worden. Het zuivere ‘laissez faire kapitalisme’ (de markt doet ongebreideld zijn werk) is het enige systeem dat in hun ogen die vrijheid garandeert. Ayd Rand (1905 -1982) is de grondlegger van het Objectivisme, een gedachtegoed dat onder andere predikt dat het individu zijn eigenbelang moet nastreven om zo zijn eigen geluk te bereiken. Rand wordt gezien als inspirator van het libertarisme, alhoewel zij zelf kritisch daarop was. Geboren in tsaristisch Rusland vluchtte zij in 1926, negen jaar na de Russische revolutie, naar de VS. In haar beroemde ideeënroman The Fountainhead (De eeuwige bron) staat de deugd van het egoïsme centraal: een samenleving kan alleen bloeien als zelfzuchtige individuen alle ruimte krijgen om creatief en scheppend te zijn. Robert Nozick, bekend libertariër en filosoof aan de Amerikaanse Harvard Universiteit, noemde het heffen van inkomstenbelasting zelfs dwangarbeid. Dat is nogal een uitspraak, maar het zet wel aan tot denken. Zoals Elsevier columnist Gerry van der List schreef: “Libertariërs als Nozick dwingen overheidsdienaren zich te rechtvaardigen. Bij elke maatregel, bij elke subsidie, bij elke wet zouden voorstanders van staatsinterventie antwoord moeten geven op die ene cruciale vraag: waarom laten we het niet gewoon aan de burgers zelf over?”
Deel dit bericht.