Wethouder in Coronatijd, dat vraagt nieuwe vaardigheid!
De gemeente besturen voornamelijk vanuit je woonkamer, via telefoon, app, computer en beeldbellen. Dat kan toch helemaal niet, wat een absurd idee! Opeens blijkt het m’n praktijk van alle dag te zijn…
Corona houdt ons (wereldwijd) nu al langere tijd in de greep. Ineens zag het leven en onze maatschappij er heel anders uit. Schrik door het onbekende virus dat ons overvalt, snelle groei van het aantal besmettingen (ook op ons eiland), mensen worden (ernstig) ziek en er overlijden mensen. De overheid neemt rigoreuze maatregelen die nodig zijn om het aantal besmettingen te beperken, de economie valt stil, scholen sluiten, het sociale leven valt stil of wordt sterk beperkt en de zorg staat onder grote druk. We maken het allemaal mee, een ieder ondervindt op welke manier dan ook de gevolgen en we passen ons aan de situatie. Bijzonder om te zien hoe snel wij met z’n allen schakelen en veerkracht tonen als samenleving in Nederland en op Goeree-Overflakkee. Bewonderenswaardig vind ik dat.
“Blijf thuis en werk zo veel mogelijk thuis” is het algemeen credo en dat geldt zeker ook voor mij als wethouder. Maar hoe gaat dat dan? In de eerste week was het vooral snel schakelen met het college en de gemeentelijke organisatie om de prioriteiten te leggen bij die zaken die nodig zijn om de maatregelen uit te voeren en daar capaciteit voor te organiseren. Denk bijvoorbeeld aan snelle afhandeling van de TOZO en NOW aanvragen (financiële steun voor ondernemers), coördinatie met het onderwijsveld en kinderopvang om sluiting van de scholen en het opvangen van kinderen die dat nodig hebben te organiseren. Maar ook om het thuis kunnen werken organiseren en faciliteren, zodat zo snel en zoveel mogelijk ook het gewone werk door kan gaan en ga zo maar door.
In het begin had ik best m’n twijfels of met het werken op afstand inderdaad de zaken goed door blijven gaan. Hoe blijf je in contact en hou je het overzicht? Ik ervaar nu dat dit best goed gaat. De interne overleggen met beleidsambtenaren en de overleggen met externe partners en organisaties gaan door middel van de zogenoemde ‘conferencecalls’ allemaal vanuit de eigen huis- of werkkamer. Super efficiënt hoor, geen reistijd en staccato de bespreekpunten afhandelen. Ik ben er van overtuigd dat we daar na deze crisissituatie vast ook meer gebruik van blijven maken. Al is het in veel gevallen ook gewoon fijn en nodig om elkaar in de ogen te kijken en de ‘non verbale communicatie’ mee te krijgen. Die aspecten mis ik nu wel.
Ook de college- en raadsvergaderingen gaan nu op deze manier. Wat ik wel erg mis zijn de (werk)bezoeken op locatie bij inwoners, bedrijven en organisaties. Die kunnen momenteel beperkt of niet, maar zijn wel belangrijk voor beeldvorming bij vraagstukken, klachtsituaties en gewoon het menselijk in contact zijn met elkaar. Ook ervaar ik nu hoeveel je eigenlijk te weten komt of organiseert doordat je je collega’s gewoon tegenkomt, bijvoorbeeld op kantoor. Het even met een vraag bij elkaar binnenlopen of even iets doorgeven omdat je elkaar tegenkomt levert veel informatie en overzicht op. Die moet je nu bij zien te houden via appen, bellen en mailen. Het levert me wel eens de vraag op: heb ik nu het volledige overzicht, mis ik niks? Kortom, op deze manier hou ik binnen mijn portefeuille alle ballen in de lucht en zorg ervoor dat we niet stil vallen.
De voornaamste beleidsvelden binnen mijn portefeuille zijn: financiën, onderwijs, recreatie en toerisme en verkeer en vervoer. Op deze beleidsvelden heeft de Coronacrisis grote impact. Neem het onderwijs. Daar wordt veel gevraagd van schoolbesturen, leerkrachten, medewerkers, leerlingen en ouders nu de scholen dicht zijn. De lessen worden digitaal gegeven en ook de examens moeten op andere wijze worden afgenomen. Ik zeg “chapeau” voor het onderwijsveld en kinderopvangorganisaties op Goeree-Overflakkee die dit met elkaar snel en goed hebben opgepakt. Verschillende organisaties die heel goed met elkaar samenwerken en ervaringen en kennis delen. Ook nu er weer nagedacht wordt om de kinderen weer naar school te laten komen (als eerste in het basisonderwijs).
“Chapeau” voor de leerlingen voor wie het nu aankomt op veel zelfdiscipline bij het in je eentje thuis de lessen volgen en studeren. Die hun klasgenoten natuurlijk missen en zorgen hebben of ze nu hun PTA’s en examens wel goed kunnen maken. “Chapeau” voor de ouders die de kinderen nu veel thuis begeleiden en dat vaak naast hun drukke werk en wellicht zorgen over gezondheid van familieleden en werk.
De economische impact van deze crisis is in z’n algemeenheid groot. Veel zorgen ook bij ondernemers in onze gemeente. We moeten weer de weg terugvinden om de bedrijven weer te kunnen laten draaien. Zeker ook binnen onze toeristisch en recreatieve sector. Dit houdt mij sterk bezig. Overleg vindt plaats met de bedrijven uit de sector en de andere recreatiegemeenten binnen onze regio. Samen kijken hoe op een verantwoorde wijze stapje voor stapje parken, campings en jachthavens weer open zouden kunnen. Ik zie en hoor dat de bedrijven hier zelf echt ideeën over hebben hoe dit binnen de richtlijnen zou kunnen. Verschillen in maatregelen tussen de verschillende veiligheidsregio’s zijn verwarrend en slecht uit te leggen, ook naar onze gasten.
Ik kan niet ontkennen dat ik het lastig vind er nu niet zelf over te gaan en dat door de crisissituatie de eindbeslissingen over maatregelen door de voorzitters van de veiligheidsregio’s worden genomen. Uiteraard heb ik veel respect voor de verantwoordelijkheid die zij nu dragen. Maar als lokale bestuurders staan we er voor om goed onderbouwd de verschillende belangen te belichten en te adviseren over de maatregelen.
De financiële consequenties voor de gemeente zijn op dit moment nog niet geheel in beeld te brengen. Grote vraag is natuurlijk hoe lang maatregelen nog duren en waar we als gemeente nog voor komen te staan, naast alle kosten die nu al gemaakt worden. We houden vinger aan de pols en ik reken ook op het Rijk die de gemeenten zullen moeten compenseren. Zeker nu deze crisisuitgaven en inkomstendervingen nog eens bovenop de toch al grote financiële opgaven van de gemeente komen (zoals de jeugdzorg bijvoorbeeld).
Anders te werk gaan: het moet en ik probeer het zo goed mogelijk te doen. We zijn er ook nog niet, dat is duidelijk. Ik leef mee met iedereen die op wat voor manier dan ook getroffen is of wordt door deze coronacrisis. Ik heb respect voor alle mensen in de vitale sectoren die echt in frontlinie staan, dank jullie wel! We moeten volhouden met elkaar en stap voor stap de weg terugvinden en dit virus verslaan!
Met een hartelijke groet,
Peter Feller